Onderzoekers van de Vrije Universiteit Brussel hebben een nieuw model ontwikkeld waarmee ze kunnen bepalen of een operatie nuttig is bij rectumkanker. Het doel is om chirurgische ingrepen te vermijden aangezien die vaak verregaande gevolgen hebben, klinkt het.
Rectum- of endeldarmkanker situeert zich op de laatste vijftien centimeter van de dikke darm. Ongeveer een derde van alle dikkedarmkankers zijn rectumkankers. Ze worden behandeld met radiotherapie, chemotherapie en in veel gevallen, ook met een chirurgische ingreep.
Zo'n operatie kan zware gevolgen hebben voor de patiënt. "Het is namelijk soms moeilijk om de sluitspier te ontzien, met alle gevolgen van dien", verklaart Inès Dufait, postdoctoraal onderzoeker bij de TROP-Onderzoeksgroep. "Jammer genoeg wordt het merendeel van de geopereerde patiënten, waarbij de sluitspier niet is verwijderd, nog altijd geconfronteerd met verschillende neveneffecten, genaamd laag anterieur resectie syndroom (LARS)." Zij krijgen te maken met bijvoorbeeld incontinentie, moeilijkheden om naar het toilet te gaan, frequente en hoogdringende toiletbezoeken, veel gas in de darmen en krampen die langdurig (langer dan 10 jaar) kunnen aanhouden.
Het is daarom belangrijk om zo veel mogelijk een operatie bij rectumkanker te vermijden, aldus de onderzoekers. Daarbij kan hun nieuw model helpen. Dat werkt op basis van artificiële intelligentie en probeert te voorspellen wie goed zal reageren op de behandeling, zodat een operatie niet nodig is. Momenteel maakt het model in 75 tot 80 procent van de gevallen de juiste voorspelling, aldus de onderzoekers. Het model is ontwikkeld op basis van de data van patiënten die al behandeld zijn en zit nu in de testfase.
De volgende stap is nu om het model in de klinische praktijk te evalueren en toe te passen op patiënten met lokaal gevorderd rectumkanker die nog aan het begin staan van hun behandelingstraject. Om het project te kunnen realiseren, is een aanvraag ingediend bij Kom Op Tegen Kanker.
Het onderzoek wordt gevoerd door de TROP-Onderzoeksgroep (Translational Radiation, Oncology and Palliative Care) en de BISI-Onderzoeksgroep (Biostatistics and medical informatics) van de VUB, onder leiding van professor en diensthoofd radiotherapie UZ Brussel Mark De Ridder en professor Kurt Barbé.