Een team van onderzoekers van het VIB-KU Leuven Centrum voor Kankerbiologie heeft ontdekt dat de beschikbaarheid van de stof aspartaat een reden is waarom kankers vaak naar de long uitzaaien. De studie is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature.
Bij meer dan de helft van de kankerpatiënten die te maken krijgen met uitzaaiingen, vormen die uitzaaiingen zich in de longen. Wetenschappers zoeken al langer naar redenen waarom de longen een plek zijn in het lichaam waar kankercellen zich naartoe verplaatsen.
Het team van professor Sarah-Maria Fendt (VIB-KU Leuven) keek in een nieuwe studie naar het translatieproces in de cellen van agressieve metastasen in de longen. Translatie is het proces waarbij de genen worden gebruikt om eiwitten aan te maken. Een verandering in dit proces kan ervoor zorgen dat kankercellen gemakkelijker groeien.
Veel eiwitten in ons lichaam kunnen het translatieproces beïnvloeden. Eén zo'n eiwit is eIF5A, dat de translatie op gang brengt. In de cellen van longuitzaaiingen vonden onderzoekers een gewijzigde vorm van eIF5A, 'hypusinatie' genaamd, die geassocieerd was met een hogere agressiviteit van longmetastasen.
De onderzoekers ontdekten voorts dat deze gewijzigde vorm van eIF5A voortgebracht werd door het aminozuur aspartaat. Aspartaat werd niet door de kankercellen opgenomen, maar activeerde een receptor op het oppervlak van de cellen. Dit leidde tot een reeks van signalen die uiteindelijk de hypusinatie veroorzaakte. Door het proces van translatie konden de kankercellen zich vervolgens gemakkelijker verspreiden in de longen.
Het onderzoeksteam analyseerde zowel cellen uit longmetastasen bij muizen als bij mensen, en vergeleek deze cellen met cellen van muizen en mensen zonder kanker, en met metastasen uit andere organen. Bij de kankercellen uit longmetastasen werd steeds een verhoogde activatie teruggevonden bij de receptor op het celoppervlak.
"Deze link benadrukt de relevantie van onze ontdekking", vertelt professor Fendt. "Het suggereert dat aspartaat-gerelateerde signalen een veel voorkomend kenmerk kunnen zijn van kankercellen die in de longen groeien. Er zijn bovendien medicijnen beschikbaar die zich kunnen richten op het mechanisme dat we hebben geïdentificeerd: een vertaling naar een klinische setting is dus een mogelijkheid."