Zeventigplussers vertegenwoordigen momenteel 13 procent van de totale Belgische bevolking, toch vallen elk jaar bijna de helft van de nieuwe kankers (46 pct of 31.053) binnen deze leeftijdsgroep. Dat blijkt uit een nieuwe publicatie (Cancer in an Ageing Population in Belgium 2004-2016) maandag van de Stichting Kankerregistratie.
Het risico op kanker is verschillend voor mannen en vrouwen en varieert in functie van de leeftijd. Zo is vanaf de leeftijd van 80 jaar het risico voor mannen dubbel zo hoog als voor vrouwen. De drie meest frequente tumoren bij mannen zijn nog steeds prostaat-, long- en dikkedarmkanker. Bij vrouwen zijn dit borst-, dikkedarm- en longkanker. Ook binnen 70-plussers wordt dezelfde rangorde aangehouden. In 2016 vertegenwoordigen deze meest frequente kankers voo r beide geslachten meer dan de helft van alle kankerdiagnoses (54 pct).
Vanaf 70 jaar neemt tussen 2004 en 2016, voornamelijk ten gevolge van de vergrijzing, het aantal nieuwe kankers toe met 18 pct (van 26.361 tot 31.053). Daarentegen vertoont het globale risico op kanker bij deze groep een dalende tendens bij mannen (-0,6 pct per jaar) voornamelijk dankzij een daling van het risico op prostaat- en longkanker. Bij vrouwen echter stijgt het risico op kanker met 1,7 pct per jaar. Dit is hoofdzakelijk te wijten aan een stijging van borstkanker en roken gerelateerde kankers waaronder longkanker.
Het toenemend aantal nieuwe kankers gecombineerd met een overleving die steeds verbetert in de tijd, resulteert in een hoge kankerprevalentie voor de leeftijdsgroep van 70 jaar en ouder. Vandaag leven meer dan 160.000 oudere personen die in de afgelopen 10 jaar een diagnose van kanker kregen. Dit betekent meteen 11 pct van de 70-plussers.
De zorg voor ouderen met kanker vormt een groeiende uitdaging voor de organisatie van de gezondheidszorg omwille van de kwetsbaarheid en de specifieke noden gerelateerd aan hun leeftijd, aldus de Stichting Kankerregistratie.